Psychosen bij ouderen.
Wat is een psychose?
Een psychose is op de eerste plaats een stoornis in het contact met de realiteit.
Bij een psychose is de chemische werking van de hersenen dermate verstoord dat eventuele foute veronderstellingen over de werkelijkheid niet meer gecorrigeerd worden.
Iemand met een psychose leeft dus eigenlijk in een ‘ontremde’ denkwereld.
Gedachtes worden werkelijkheid en kan geen onderscheidt gemaakt meer worden.
Hallucinaties:
Iemand die psychotisch is kan iets waarnemen (horen, ruiken, voelen, proeven) dat er in werkelijkheid niet is. Deze ervaringen zijn voor de betrokkene zeer ‘echt’.
Het horen van stemmen is de meest voorkomende hallucinatie.
Als de bewoner op de stemmen reageert, kan dit leiden tot vreemd of storend gedrag.
Vaak lukt het bewoners een lange tijd om deze ervaringen voor zichzelf te houden, zonder dat de mensen in de omgeving er iets van merken.
Wanen:
Dit zijn individuele ideeën of overtuigingen die absoluut niet in overeenstemming zijn met algemene geaccepteerde ideeën of opvattingen.
Het draait bij een waan altijd om de betrokkene zelf; hij heeft bijvoorbeeld de overtuiging dat hij buitengewone kwaliteiten bezit, rechtstreeks in verbinding staat met een hogere macht of weten zeker dat er een complot tegen/om hen speelt.
Het is moeilijk iemand met wanen op andere gedachten te brengen; hij houdt sterkt aan zijn ideeën vast en is vaak niet gevoelig voor logische tegenspraak.
Denken:
Het denkproces kan snel, te lang of chaotisch zijn. Vaak lukt het niet om helder te denken. Soms gaat het verband tussen gedachtes verloren. Hierdoor is het nogal eens moeilijk om te begrijpen wat iemand die psychotisch is precies bedoelt.
Ook hebben ze vaak moeite anderen te begrijpen. Dit komt omdat hij zich niet goed kan concentreren en problemen heeft met onthouden.
Vaak komen voorafgaand aan, tegelijkertijd of na afloop van een psychose ook andere verschijnselen voor, zoals negatieve symptomen, cognitieve stoornissen en depressie.
Negatieve symptomen:
Duiden op het ontbreken van gedrag die normaal wel aanwezig is.
Voorbeelden zijn: weinig spreken weinig initiatief tonen, weinig energie hebben, weinig gebaren maken, een vlakke gezichtsuitdrukking hebben of teruggetrokken gedrag vertonen.
Negatieve symptomen zijn vaak moeilijk te behandelen.
Cognitieve stoornissen:
Zijn verslechteringen in de verwerking van informatie door de hersenen.
De bewoner heeft moeite zich te concentreren, is gemakkelijk afgeleid of heeft moeite met verschillende soorten informatie gelijkertijd te verwerken (bijvoorbeeld lezen terwijl de radio aanstaat).
Een psychose herkennen is niet altijd gemakkelijk. Je kunt het vaak niet aan de buitenkant zien en het kan een tijd duren voordat de symptomen zichtbaar worden.
Vroege signalen.
• Concentratieproblemen.
• Moe zijn.
• Lusteloos, nergens zin in hebben.
• Sombere stemming.
• Slaapproblemen.
• Achterdocht.
• Minder vertrouwen.
• Geïrriteerde reacties op de omgeving.
• Problemen met sociale contacten.
• Gebrek aan gevoel in contacten/ relaties.
• Minder reageren op dingen die gebeuren in je omgeving.
• Onlogische gedachtegangen.
• Verandering in gedrag.
• Vermindering in persoonlijke verzorging en hygiëne (niet meer gewassen willen worden).
Soms is een psychose een reactie op een stressvolle gebeurtenis, het wordt in dat geval ook wel een reactieve psychose genoemd.
Ongeacht de oorzaak van de psychose, vindt bij kortdurende psychotische stoornis altijd een volledige terugkeer naar het niveau van functioneren van voor het begin.
Valkuilen in de omgang met psychotisch ouderen:
Een veelgemaakte fout is dat de verzorgende niet zuiver omgaat met de realiteit en dus teveel ingaat op de inhoud van de psychose. Dit gebeurt met de bedoeling de beleving te doen verminderen. Dit is echter niet het geval, ga er niet in mee, maar ontken het ook niet, hetgeen wat de ander ervaart is voor die persoon echter echt.
De bewoner moet zich wel serieus genomen voelen, zonder dat je er te veel in mee gaat.
Iemand geruststellen, uitleggen dat ze niet bang hoeven te zijn, vragen wat ze precies ervaren, hiermee kom je veel verder.
Een band van vertrouwen opbouwen is hierin het allerbelangrijkste!!!
Benadering:
• Ga na wat diegene denkt en voelt.
• Blijf bij de kern van de zaak (boodschappen kort en duidelijk overbrengen).
• Druk je gevoelens eerlijk en direct uit.
• Vermijd overbezorgdheid en betutteling.
• Beloon op een effectieve manier (moedig eigen initiatieven aan).
• Geef niet te veel prikkels (een goede dagstructuur).